aan het woord

Onverwachte kunst

Bijzondere levensverhalen

(c) RIchard Terborg voor Avanti

In Rap en Roer is veel meer dan een theaterproductie. Het is een ontwikkelingstraject voor makers die buiten de gevestigde orde vallen. Door middel van dans, muziek, poëzie en graffiti vertellen zij hun bijzondere levensverhaal. Een andere vorm van kunst waarbij het niet draait om éen grote klapper, maar om kleine momenten die deelnemers laten stralen. ‘Ik kan niet goed uitleggen waarom, maar ik weet dat het moet.’

Soms verdwijnen deelnemers en duiken ze een paar weken later weer op. Een andere keer zeggen ze hun optreden op het laatste moment af. Ook tijdens de opening van de In Rap en Roer-expositie in het Cultuurhuis in Almere Buiten zijn er laatkomers. ‘Een van de deelnemers kwam te laat, kon hierdoor niet optreden, maar wilde wel meewerken aan het fotoproject. En een ander had net een nieuwe single gemaakt, maar wilde toch niet op het podium staan,’ vertelt Caroline in ’t Veld, muzikant en kunstenaar.  

Het hoort erbij als je werkt met een doelgroep die niet altijd geestelijk stabiel genoeg is, legt de kunstenaar uit. ‘Als je grote chaos in je hoofd hebt, of enorme posttraumatische stress, dan is het moeilijk om je aan afspraken te houden. Maar als je opruimt en structuur aanbrengt, wordt het beter. Dat kost tijd en training. Wij hebben het geduld om je die stap te laten zetten. Bij ons mag het fout gaan, maar het is niet vrijblijvend. Mensen die niet willen of verder kunnen leren binnen dit seizoen mogen niet verder in het traject. Ook dat hoort erbij.’

Het onverwachte levert ook bijzondere kunst op: eerlijke verhalen van mensen die je normaal zelden op het podium ziet staan. In Rap en Roer is een ontwikkelingstraject met een bijbehorende theatershow en expositie. Door middel van muziek, rap, graffiti, mode en dans nemen de deelnemers je mee naar hun wereld. Ze laten zien je horen, voelen en zien waar hun leven om draait, en hoe ze omgaan met de pijn uit het verleden.

(c) Richard Terborg voor Avanti

Kijken naar wat je hebt

Vandaag staat naast coach Shades, ook Cindica op het podium, waar ze een gevoelig nummer over de reis van Nederland naar Curaçao en andersom vertolkt. Zingen is de rode draad in haar leven. Cindica’s moeder en oma zongen, en er was altijd wel een vriend of familielid die gitaar of piano speelde. Door een moeizaam verleden heeft ze echter nooit de kans gekregen om haar talent te ontwikkelen. Zo verloor ze een kindje, en werd ze meerdere keren onterecht ontslagen, wat resulteerde in een moeizame strijd tussen haar en de werkgever.

‘Ik heb de donkere kant van de mens gezien, maar ook de goede. Mensen zoals Caroline hebben me gedragen op momenten dat het me allemaal te veel werd. Tijdens een jamsessie in de buurt zag ze me optreden, en vroeg ze waarom ik hier niet meer mee deed. Dat wist ik zelf eigenlijk ook niet. Ik gebruikte muziek eigenlijk alleen om mijn gevoelens te verwerken,’ vertelt Cindica.

De 48-jarige Almeerse is pas sinds een paar maanden terug in Nederland. Hiervoor woonde ze vijf jaar lang met haar drie kinderen en partner in Curaçao, het land waar ze weliswaar was geboren, maar nooit echt heeft gekend. Het leven was er zwaar, vooral tijdens de coronacrisis. Soms hadden ze door de economische crisis dagenlang amper te eten. Bovendien kwam het trauma door het verlies van haar kind ineens naar boven. Cindica raakte depressief. ‘Gelukkig had Caroline ruimte voor vlogs over corona. Zo kon ik toch nog iets creatiefs doen, de band met Almere houden en de mooie kant van Curaçao laten zien.’

Door de vlogs kreeg ze niet alleen meer hulp uit Nederland, maar leerde ze ook positiever in het leven te staan. ‘Probeer niet te kijken naar wat je niet hebt, maar naar wat je wel hebt,’ zei haar coach Shades, ‘Want er zijn altijd mensen die het erger hebben.’

(c) Richard Terborg voor Avanti

Toen haar oudste zoon een studie besloot te volgen in Nederland, keerde Cindica samen met hem terug om een kamer voor hem te zoeken. Zonder spaargeld, zonder zicht op een baan, met alleen een paar onderbroeken en wat kleding uit de tropen in een tas. Inmiddels heeft ze werk gevonden in de thuiszorg en een dak boven haar hoofd. Ze is één van de zeventig deelnemers van het ontwikkelingstraject.

Naast begeleiding in het schrijven en opvoeren van liedjes, kan ze ook altijd bij de leden van In Rap en Roer terecht voor een luisterend oor of praktische hulp. Zo zorgde Caroline voor kleding en eten, kreeg ze werk via het Leger des Heils en vond ze onderdak in de parochie. ‘Er waren momenten dat ik het even niet meer wist. Dan belde ik bijvoorbeeld naar Caroline, Shades of Lia. Zij moedigden me aan en hielpen me vooruit,’ zegt Cindica.

‘Hoe erg je ook in paniek bent, je blijft altijd communiceren. Dat vind ik zo enorm krachtig aan jou,’ zegt Caroline tegen de Almeerse. ‘Je weet precies te vertellen wat je nodig hebt. Dat kunnen lang niet alle deelnemers. Sommigen verdwijnen soms gewoon een tijdje.’

Maar ze komen bijna altijd weer terug, voegt ze toe. ‘Het is een gevoelig punt. Heel dwars door tweeën heb ik twee soorten deelnemers: individuele deelnemers en groepen deelnemers. Die lijken niet op elkaar, behalve dat ze allebei ongelijke kansen op een serieus podium hebben.’

Rappende gedetineerden

Bij groepen kan men denken aan Afghaanse vrouwen en het Nederlands Gebarenkoor. Bij individuen aan mensen uit de opvang of het AZC: iedereen die de kunstenaar in zich wil ontplooien, maar daar niet de middelen voor heeft is welkom. Caroline kwam op het idee toen ze als artist in residence van Bij Bosshardt (de buurthuiskamers van het Leger des Heils) een talentengala voor een soortgelijke doelgroep bijwoonde. De theatermaakster, die eerder theedrinkende oma’s aan gedetineerde rappers koppelde en met te veel opgehaald geld tijdens een crowdfunding de stichting Innercircle oprichtte, kwam op het idee voor een langduriger traject. ‘Zonder gala. Dat is toch een beetje voor oude mensen,’ lacht ze.

De trajecten van In Rap en Roer bestaan uit maatwerk die altijd tot vijf theateredities, een expositie en individuele optredens hebben geleid. De onbegrijpelijke, maar bijzondere dynamiek die er binnen de groep hangt, zorgt ervoor dat Caroline altijd ‘aan’ staat. ‘Mensen hebben me wel eens gevraagd of ik knettergek ben. We moeten niet praten over diversiteit en inclusie, maar het gewoon doen.’

Laatst trad een deelnemer in een rolstoel op in het theater. Hij had in totaal 33 hersenbloedingen gehad. De arts had hem nog gewaarschuwd: dit kan slecht voor je gezondheid zijn. Maar de deelnemer ging toch. Daar, op het podium, ontstond iets magisch.

 

Dezelfde potentie zag Caroline in jongeren met een crimineel verleden, mensen met psychische problemen of vluchtelingen. Creatief waren ze altijd al, alleen kregen ze nooit de kans om hun gave te ontwikkelen. ‘Dat we zo weinig van deze makers op serieuze podia zien is omdat het ontwikkelingstraject naar een serieus podium toe voor hen er niet is. Het Nederlands Gebarenkoor kan niet naar het conservatorium, Freeborn Nation uit het AZC kan niet naar de Herman Brood Academie, en graffiti artists Jasper, Dennis en Johan kunnen nergens leren exposeren. Iedereen kan zien dat ze de potentie hebben, en niemand betwist dat ze in essentie net zoveel recht hebben op een podium als ik. Alleen: hoe dan? Dat pad wil ik ze bieden,’ zegt Caroline.

‘Op één of andere manier vinden we het volkomen normaal dat een mentaal gezonde kunstenaar Lady Macbeth speelt en waanzin fingeert. Maar bij kunst van artiesten met een geestelijke kwetsbaarheid in de werkelijkheid van de podiumkunst moet een labeltje. Dat moet echt anders.’

Haar doel? Dat de jongere generatie over een paar decennia zegt: In Rap en Roer is een ouderwetse methode. ‘Ik kan ook niet ook goed uitleggen waarom het moet, alleen dat het moet. En dat zie ik tijdens ieder optreden,’ besluit Caroline.